Norfolk-drieluik (voorzijde)

Een klein drieluik, kleurrijk en zeer gedetailleerd beschilderd. Let bijvoorbeeld op de verfijnd geschilderde bogen. Het drieluik is een van de oudste bewaard gebleven voorbeelden van de Nederlandse schilderkunst.

De centrale afbeeldingen tonen Maria en Christus naast elkaar op een troon. Daaronder is Christus van het kruis gehaald. Twee engelen halen hem alweer uit het graf. Het lichaam is ernstig verwond: de Man van Smarten uit Jesaja 53, de tegenpool van de man op de troon.

De overige figuren zijn heiligen. Op de achterkant van de luiken staan nog meer heiligen.

Linker luik: Laurentius; Maria Magdalena, Dorothea, Agnes (in het blauw, jurk hangt over de rand), Barbara, Catherina; kerkvaders Hiëronymus en Gregorius.

Rechter luik: Stefanus; de monniken Benedictus, Antonius, Egidius en Leonardus; kerkvaders Augustinus en Ambrosius.

Middenpaneel: linksboven Jakobus de Mindere (met knuppel) en Petrus; daaronder de bisschoppen Lambertus en Servaas. Rechts Paulus en Andreas, en daaronder weer twee bisschoppen.

De gouden vlakken zijn van bladgoud, en voor de kleuren werden dure pigmenten gebruikt. Dat wijst erop dat de opdrachtgever zeer welgesteld moet zijn geweest. Het paneel is vermoedelijk in het Maasland gemaakt: Luik, Maastricht en omgeving.

Het drieluik staat bekend als het Norfolk-drieluik omdat het rond 1900 in het bezit was van de hertog van Norfolk. In 1938 werd het gekocht door D.G. van Beuningen.